Rozijnen en krenten zijn beide gedroogde druiven. Het grote verschil tussen de twee zit ‘m in de
druivensoort die wordt gebruikt.
De Rozijn
De rozijn wordt
gemaakt van verschillende soorten druiven, vooral afkomstig uit
Middellandse-Zeegebied, het Midden-Oosten, Zuid-Spanje, Australië en
Californië. De meestgebruikte druif voor rozijnen is de Sultana. De druiven worden vaak behandeld met een oplossing
van kaliumcarbonaat en met zwaveldioxide. Hierdoor zijn de rozijnen langer
houdbaar en zien ze er beter uit. Deze stoffen dragen ook bij aan de kleur
van de rozijnen.
De Krent
Krenten worden gemaakt van het ras ’Raisin de Korinthe’, dat afkomstig is uit Korinthe in Griekenland. Dit ras geeft kleine pitloze donkerblauwe druiven. Het Franse woord voor
‘krent’ is dan ook ‘Raisin de Corinthe’. De druivensoort wordt ook verbouwd
in Californië en Australië.
Verschil
Het verschil in krenten en rozijnen zit hem dus concreet in smaak en
uiterlijk. De krent is zuurder (met toch een suikergehalte van 60
procent) en droger van smaak dan de rozijn (met een suikergehalte van
64 procent). Men denkt vaak dat gele rozijnen van witte
druiven komen en blauwe rozijnen van blauwe druiven. Dat is een misverstand.
De kleur hangt af van de manier waarop ze gedroogd zijn en de duur van de
droging.
Krenten en rozijnen worden gemaakt door druiven te weken in een
soda-oplossing waardoor het velletje scheurt en de druif later
makkelijker uitdroogt. De druiven worden op verschillende manieren
gedroogd. Dit kan in de zon, maar ook kunstmatig in speciale
droogtunnels. Afhankelijk van het klimaat duurt dit tussen de 10 en 14
dagen. Voordat de rozijnen worden ingepakt, worden ze eerst nog
gewassen, ontdaan van de steeltjes en nog eens goed gedroogd.